Wat is het toch een apart gevoel om thuis te komen als je een paar maanden bent weggeweest. Het is alsof je je thuis niet thuis voelt. 'Thuis' is nog de Eduard Prachtstraat in Paramaribo. Maar toch is alles hier in Nederland natuurlijk ook zo bekend. Het zal wel niet lang duren voor ik hier weer geïntegreerd ben. Ik heb in ieder geval veel zin om iedereen weer te zien! Ik merk bovendien dat ik hier midden in de voetbalgekte ben beland, een ziekte waar men in Suriname uiteraard geen last van had.
De laatste week in Suriname stond in het teken van het laatste archiefwerk dat ik nog wilde doen. Nog snel enkele belangrijke archiefstukken overnemen en kopiëren. Ik heb genoeg materiaal verzameld om een scriptie te schrijven. Nu maar hopen dat ik er de komende weken niet achter kom dat ik iets ben vergeten...
Vrijdagavond had onze Surinaamse begeleider, dhr. Egger, een bijeenkomst georganiseerd op de universiteit. Het was leuk om enkele studenten weer terug te zien na ruim een maand. We moesten ook een praatje houden over hoe ons onderzoek was verlopen. Omdat we daarvoor niets hadden voorbereid werd dat een beetje improviseren. Vervolgens namen we afscheid van dhr. Egger en de studenten.
Het laatste weekend in Suriname was absoluut geweldig! Het was één van de hoogtepunten van mijn verblijf in het tropische land, zo niet hét hoogtepunt. Christine en ik wilden allebei graag nog eens naar het binnenland: naar het tropische regenwoud en naar marrondorpen. Het probleem was alleen dat veel touroperators in Paramaribo exorbitant hoge prijzen vragen voor dergelijke trips. Dus wilden we op de bonnefooi gaan, met als extra voordeel dat onze trip dan veel avontuurlijker zou worden.
Zo gezegd, zo gedaan. Op zaterdagmorgen stonden we vroeg op en vertrokken we naar de Saramaccastraat, vanwaar openbaar vervoer bussen naar het binnenland vertrekken. Voordat we bij de bus waren werden we door tientallen mannen aangesproken die zich nogal opdrongen om voor te stellen ons naar het binnenland te brengen voor 50 srd. Gelukkig zijn we daar niet op ingegaan: een busticket bleek 16 srd (een eurootje of vier). Alleen de busreis was al avontuur; de 'bus' was eigenlijk een kleine vrachtwagen waar ramen en een deur in waren gemaakt. Van binnen was het ding bepakt en bezakt met allerlei voorwerpen die mensen mee wilden nemen naar het binnenland.
Het wegennet in Suriname is niet zo ingewikkeld. Vanaf Paramaribo kun je naar het oosten, richting Albina, of naar het westen, richting Nickerie. Deze beide wegen maken deel uit van de Oost-West verbinding. De derde optie is naar het zuiden; richting het binnenland. Dat is de koers die onze bus nam. Het was een tocht van ongeveer 5 uur richting Atjoni, een dorp aan het eind van de weg. In de bus maakten Christine en ik kennis met Marcia, een 19-jarige meid uit het binnenland, die in Paramaribo studeert en woont. Ze was op weg naar haar familie in het binnenland, die ze slechts enkele malen per jaar ziet.
Na een urenlange hobbeltocht in een rijdende centrifuge kwamen we bij het eind van de weg. Hier moesten we verder per boot naar ons einddoel: het dorp Jaw-Jaw (spreek uit: jou-jou). We dachten dat we hier lang zouden moeten onderhandelen met eigenaren van de korjaalboten, maar het was handig dat we Marcia hadden leren kennen. Binnen no time wisten we in welke boot we het beste konden stappen, ging de motor aan en waren we op weg. Wat we toen aanschouwden leek op een film.
Soepel glijdend over het brede, bruine water van de Surinamerivier kwamen links en rechts van ons panorama's in beeld van schitterende regenwouden, met af en toe een dorpje, bestaande uit houten hutjes midden in het woud. Soms was er een zendingspost te zien, een kerkje, een hospitaaltje of een schooltje. Maar vooral waren er bomen te zien; grote, kleine, omgevallen, in de meest bijzondere variëteiten. We waren terug in het regenwoud, dit maal per korjaal!
Marcia moest uitstappen bij een dorpje genaamd Kajapati. Maar omdat vrouwen eenmaal in de maand (tijdens hun periode) niet door de hoofdingang van het dorp mogen, moesten we een stukje verder varen naar een achteringang. We zijn nog even meegelopen door het dorpje, waar we vriendelijk werden begroet door de familie van Marcia. Ook in het binnenland van Suriname krijg je al snel eten aangeboden: we werden direct getrakteerd op cassavebrood met zelfgemaakte pindakaas, awarra's en maripa's (vruchten). Voor de vele hutten waren vrouwen bezig met het pellen en bereiden van vruchten en pinda's. Lopend door een marrondorp in de jungle waren we écht in een heel andere wereld terechtgekomen.
Vervolgens voeren we verder naar Jaw-Jaw, waar we Etto ontmoetten, een man die enkele hutjes voor bezoekers beheerde. Het leek wel of we even bewoners van het marrondorp waren. Marronkinderen renden in hun blootje langs onze hutten, op weg om te zwemmen in de rivier, waar vrouwen vrijwel continu bezig waren met de was. In het dorp bevond zich een klein winkeltje, waar enkele producten uit de stad te koop waren. Het was bijzonder om te zien dat men zelfs een potje tomatenpuree hadden van de Edah; en dat midden in het Amazone regenwoud! Net zoals het bijzonder was dat de meeste marrons in dat gebied, naast hun eigen taal, het Saramaccaans, ook Nederlands spraken. We vonden in het dorp dan ook een basischooltje, waar de leerboeken en posters gewoon in het Nederlands waren.
Op zondag hebben we, met Etto als gids, wat rondgewandeld. Zo hebben we ook het buurdorp bezocht en kregen we een goede indruk van het marronleven. Zoals gezegd: een compleet andere wereld. Het was goed dat Etto bij ons was, anders hadden we de bewoners soms flink beledigd. Bij de ingang van een dorp staat vaak een erepoort, ter afwering van boze geesten. Het is van belang dat mannen en vrouwen door een afzonderlijke poort gaan, iets waar Etto ons op attent kon maken. Buiten een dorp kwamen we bij de rivier een groep mannen tegen die bezig waren met het bouwen van korjalen; een schitterend gezicht en een hele mooie ambacht. Dankzij Etto konden we ook enkele dieren zien; zoals een groep apen in boomkruinen, waar we zelf waarschijnlijk straal voorbij waren gelopen.
Midden in het bos kwamen we ook een tafereel tegen dat we iets zieliger vonden: het vangen van vogeltjes. Ze werden gelokt door lokaas, waaronder een laag teer was gelegd, zodat de vogels vast zouden zitten. Later zagen we in een dorp dat het enkele jongens inderdaad gelukt was een mooie vogel te vangen. Goede kans dat deze uiteindelijk in een dierenwinkel in Paramaribo terecht zou komen.
's Middags maakten we wederom een wandeling, ditmaal recht door het oerwoud. Marcia was via de rivier overgekomen van het buurdorp en ze wilde wel onze gids zijn. Wederom een schitterende wandeling; wat een gebied! Al mijn superlatieven die ik over het regenwoud bij Brownsberg had opgeschreven zijn ook van toepassing op dit gebied. Marcia wist nog enkele lokale liederen te zingen (maar ook enkele Christelijke liederen) en ze had een panji (een traditioneel kledingstuk) meegenomen voor Christine. Aan het eind van de middag vertrok Marcia weer naar haar dorp. 's Avonds heb ik nog even gezwommen in een sula (stroomversnelling) en de rest van de avond hebben we doorgebracht op de veranda van onze hut.
Maandag zou een lange dag worden. Vroeg opstaan, nog een wandelingetje gemaakt. We kwamen een groep mannen tegen die wachtten op een korjaal naar Atjoni, waar ze de week zouden doorbrengen om te werken. Één van hen had een gitaar bij zich en speelde Imagine, van John Lennon. Dat was relaxt wakker worden voor ons. Ik heb ook nog even gezwommen in een sula, waar ik nog een mooie wond aan over heb gehouden (doordat de stroomversnelling me tegen een steen smeet), maar dat was het meer dan waard!
Tegen tien uur werden we per korjaal naar Atjoni gebracht, waar we Marcia weer ontmoetten. Ze vergezelde ons tijdens de lange rit naar Paramaribo.
's Avonds zijn we in Paramaribo uit eten geweest met onze huisgenoten, als afscheid. Ondanks dat we al vrij moe waren van ons avontuur van dat weekend, gingen we daarna nog de laatste dingen inpakken. Pas tegen een uur of half 2 's nachts vielen we vermoeid in bed, om de volgende morgen weer vroeg wakker te worden om onze kamers helemaal schoon te maken.
Onze laatste dag in Suriname! We zijn 's ochtends nog eenmaal de stad in geweest. Christine en ik hadden daar ook afgesproken met Marcia, die ons nog eenmaal wilde ontmoeten. Van haar heb ik toen ook een panji (een mannenversie) gehad. Toen we teruggingen naar de Heiligenweg, waar de busjes naar ons huis vandaan vertrekken, kregen we nogal natte voeten. Door een enorme regenbui was de halve binnenstad ondergelopen en waren de straten veranderd in rivieren.
Rond drie uur 's middags bracht Jeffrey, een van onze vaste taxichauffeurs ons naar het vliegveld. Van hem kregen we ook nog een afscheidscadeau; ik kreeg een mooi Suriname t-shirt.
Toen begon het lange wachten op de vlucht en het naar huis vliegen. Gelukkig hadden we geen vertraging. Toen we moe op Schiphol landden werden we daarna nog uitgebreid onderzocht op drugs, dankzij de 100% controle. Onze bagage werd minstens drie keer gescand, we werden door honden besnuffeld en we kregen een interview over wat we eigenlijk in Suriname hadden uitgevoerd. Daarna konden we eindelijk doorlopen naar de aankomsthal, waar we werden opgewacht; het einde van onze tijd in Suriname.
Mijn avontuur is nog niet voorbij: niet alleen zit ik met mijn hoofd nog in Suriname, ook moet ik van het materiaal dat ik in Suriname heb verzameld nog een scriptie produceren. De afgelopen twee maanden waren ontzettend leerzaam: ik heb veel geleerd over Suriname, over historisch onderzoek en over mezelf. Een ervaring die ik voor geen goud had willen missen. Een ervaring die mijn wereldbeeld heeft veranderd. Ik ben erg dankbaar dat ik zo'n mooi avontuur heb mogen meemaken.
Op naar het volgende avontuur...
donderdag 29 mei 2008
woensdag 21 mei 2008
Ontmoeting met de president
Afgelopen week was een hele bijzondere. Samen met mijn twee medestudenten bezochten we de jaarlijkse bijeenkomst van de Association of Caribbean Historians (ACH). Deze organisatie komt ieder jaar in een ander Caraibisch land bijeen voor een conferentie een ledenvergadering. Dit jaar kwam met toevallig in Suriname bijeen, dus konden wij meedoen. Het werd een hele belevenis!
Wat allereerst interessant was, was dat er maar liefst vijf mensen van de Universiteit Leiden en het KITLV kwamen, die ik allen kende. Met twee daarvan had ik direct te maken voor mijn onderzoek hier, waarvoor ik ze in Leiden ook al had gesproken. Maar ook bij de anderen had ik verschillende college's gevolgd.
De conferentie zelf duurde van zondagavond tot donderdag en vond plaats in Hotel Krasnapolsky. Er waren veel boeiende personen op af gekomen, dus we konden kennis maken met veel verschillende mensen. Iedere dag werden verschillende papers gepresenteerd, die vervolgens werden bediscussieerd. Niet alle onderwerpen spraken tot de verbeelding, maar er zaten zeker leuke papers bij. Vooral de paper van een van de leden van de Nederlandse delegatie, professor Emmer, werd heftig bediscussieerd, waarbij men soms wel erg ver ging.
Een belangrijk deel van de conferentie waren de recepties. Zondagavond natuurlijk de ontvangstreceptie, waar direct opviel dat het onmogelijk is om op Surinaamse recepties om te komen van de honger. Er werden continu allerlei hapjes aangeboden.
Maandagavond was de tweede receptie, in het presidentieel paleis. Bij deze receptie was president Venetiaan de gastheer. Volgens de uitnodiging was er een dresscode: een wandelkostuum. Laat ik nu net geen wandelkostuum hebben ingepakt toen ik naar Suriname kwam... Dus kocht ik 's middags nog snel even een overhemd met stropdas en deed ik mijn netste witte broek aan. Nette schoenen had ik niet, maar om die nu ook te gaan kopen vond ik iets te ver gaan.
Het presidentieel paleis was prachtig versierd (waarschijnlijk mede omdat Balkenende er de volgende dag zou komen). We werden met drankjes ontvangen op het zijterras. Na een korte tijd gingen de grote terrasdeuren open en konden we het paleis betreden. Daar stonden president Venetiaan met zijn vrouw, die we uiteraard de handen hebben geschud. Vervolgens liepen we door naar de achtertuin van het paleis, waar muziek speelde en hapjes en drankjes klaarstonden.
Daar zaten we dus, bij de president op visite. We kregen nog een toespraak van de president en vervolgens mengde deze zich nog tussen de gasten (wat hij normaal niet vaak schijnt te doen). Grappig was, dat we hem zelfs persoonlijk hebben gesproken en met hem op de foto staan.
Ook dinsdagavond was er een receptie, nu inclusief een culturele show. Ditmaal was de gastheer van de receptie de minister van Binnenlandse Zaken. Deze minister had ik al eerder gesproken (zelfs met hem geluncht) en het is een zeer aardige man, en bovendien een historicus. De culturele show was erg boeiend, een mix van de diverse culturen die in Suriname aanwezig zijn. Aan het slot hebben Christine en ik nog gedanst op Indische muziek, die absoluut swingend was. Gezien de hitte was het wel enigszins vermoeiend, maar nog niets vergeleken bij wat we donderdagavond zouden doen.
Donderdagavond was het afsluitende feest. Er was uitgebreid eten aanwezig en, uiteraard, muziek. Tot 's avonds laat hebben we gedanst, volgens mij was het fysiek niet meer gezond om nog door te dansen toen de muziek stopte. Gelukkig was er wel avondkoelte, maar desalniettemin zat iedereen behoorlijk te zweten. De conclusie mag in ieder geval duidelijk zijn: in Suriname weet men hoe een feestje georganiseerd moet worden!
Afgelopen weekend hebben we eindelijk Fort Zeelandia bezocht. Een interessante historische plek, die als verdedigingswerk weinig succes heeft gehad. Maar de meeste mensen zullen Fort Zeelandia kennen als de locatie van de decembermoorden. Het was best schokkend om op zo'n beladen plaats aanwezig te zijn.
Zondagmiddag zijn Christine en ik langsgeweest bij het atelier van Erwin de Vries, de kunstenaar. Eigenlijk was het niet zijn atelier, maar meer zijn huis, dat volstond met kunstwerken. De man gaf nogal hoog van zichzelf op, maar zijn kunstwerken waren dan ook wel mooi. Ze worden dan ook voor vele (tien-)duizenden euro's verkocht. Hij was net bezig met het ontwerp voor een nieuw slavernijmonument voor Suriname. Toen we weggingen hebben we nog een klein kunstwerkje meegekregen.
Inmiddels ben ik alweer bezig aan de laatste week hier. Vanavond gaan we uit eten met een van de docenten uit Leiden. Die docent had nog een weekje vakantie vastgeplakt aan zijn verblijf in Suriname voor de conferentie. Dit weekend hopen Christine en ik weer het oerwoud in te gaan, min of meer op de bonnefooi. We nemen een bus richting het binnenland, die net zover rijdt tot de weg ophoudt en dan gaan we verder met een uit een boomstam geholde boot over een kolkende rivier. Uiteindelijk willen we naar Jaw-Jaw, een dorpje in de jungle. Er schijnen wel nogal wat piranha's, vogelspinnen en slangen te zitten, dus we zijn erg benieuwd. We hebben er in ieder geval veel zin in!
Wat allereerst interessant was, was dat er maar liefst vijf mensen van de Universiteit Leiden en het KITLV kwamen, die ik allen kende. Met twee daarvan had ik direct te maken voor mijn onderzoek hier, waarvoor ik ze in Leiden ook al had gesproken. Maar ook bij de anderen had ik verschillende college's gevolgd.
De conferentie zelf duurde van zondagavond tot donderdag en vond plaats in Hotel Krasnapolsky. Er waren veel boeiende personen op af gekomen, dus we konden kennis maken met veel verschillende mensen. Iedere dag werden verschillende papers gepresenteerd, die vervolgens werden bediscussieerd. Niet alle onderwerpen spraken tot de verbeelding, maar er zaten zeker leuke papers bij. Vooral de paper van een van de leden van de Nederlandse delegatie, professor Emmer, werd heftig bediscussieerd, waarbij men soms wel erg ver ging.
Een belangrijk deel van de conferentie waren de recepties. Zondagavond natuurlijk de ontvangstreceptie, waar direct opviel dat het onmogelijk is om op Surinaamse recepties om te komen van de honger. Er werden continu allerlei hapjes aangeboden.
Maandagavond was de tweede receptie, in het presidentieel paleis. Bij deze receptie was president Venetiaan de gastheer. Volgens de uitnodiging was er een dresscode: een wandelkostuum. Laat ik nu net geen wandelkostuum hebben ingepakt toen ik naar Suriname kwam... Dus kocht ik 's middags nog snel even een overhemd met stropdas en deed ik mijn netste witte broek aan. Nette schoenen had ik niet, maar om die nu ook te gaan kopen vond ik iets te ver gaan.
Het presidentieel paleis was prachtig versierd (waarschijnlijk mede omdat Balkenende er de volgende dag zou komen). We werden met drankjes ontvangen op het zijterras. Na een korte tijd gingen de grote terrasdeuren open en konden we het paleis betreden. Daar stonden president Venetiaan met zijn vrouw, die we uiteraard de handen hebben geschud. Vervolgens liepen we door naar de achtertuin van het paleis, waar muziek speelde en hapjes en drankjes klaarstonden.
Daar zaten we dus, bij de president op visite. We kregen nog een toespraak van de president en vervolgens mengde deze zich nog tussen de gasten (wat hij normaal niet vaak schijnt te doen). Grappig was, dat we hem zelfs persoonlijk hebben gesproken en met hem op de foto staan.
Ook dinsdagavond was er een receptie, nu inclusief een culturele show. Ditmaal was de gastheer van de receptie de minister van Binnenlandse Zaken. Deze minister had ik al eerder gesproken (zelfs met hem geluncht) en het is een zeer aardige man, en bovendien een historicus. De culturele show was erg boeiend, een mix van de diverse culturen die in Suriname aanwezig zijn. Aan het slot hebben Christine en ik nog gedanst op Indische muziek, die absoluut swingend was. Gezien de hitte was het wel enigszins vermoeiend, maar nog niets vergeleken bij wat we donderdagavond zouden doen.
Donderdagavond was het afsluitende feest. Er was uitgebreid eten aanwezig en, uiteraard, muziek. Tot 's avonds laat hebben we gedanst, volgens mij was het fysiek niet meer gezond om nog door te dansen toen de muziek stopte. Gelukkig was er wel avondkoelte, maar desalniettemin zat iedereen behoorlijk te zweten. De conclusie mag in ieder geval duidelijk zijn: in Suriname weet men hoe een feestje georganiseerd moet worden!
Afgelopen weekend hebben we eindelijk Fort Zeelandia bezocht. Een interessante historische plek, die als verdedigingswerk weinig succes heeft gehad. Maar de meeste mensen zullen Fort Zeelandia kennen als de locatie van de decembermoorden. Het was best schokkend om op zo'n beladen plaats aanwezig te zijn.
Zondagmiddag zijn Christine en ik langsgeweest bij het atelier van Erwin de Vries, de kunstenaar. Eigenlijk was het niet zijn atelier, maar meer zijn huis, dat volstond met kunstwerken. De man gaf nogal hoog van zichzelf op, maar zijn kunstwerken waren dan ook wel mooi. Ze worden dan ook voor vele (tien-)duizenden euro's verkocht. Hij was net bezig met het ontwerp voor een nieuw slavernijmonument voor Suriname. Toen we weggingen hebben we nog een klein kunstwerkje meegekregen.
Inmiddels ben ik alweer bezig aan de laatste week hier. Vanavond gaan we uit eten met een van de docenten uit Leiden. Die docent had nog een weekje vakantie vastgeplakt aan zijn verblijf in Suriname voor de conferentie. Dit weekend hopen Christine en ik weer het oerwoud in te gaan, min of meer op de bonnefooi. We nemen een bus richting het binnenland, die net zover rijdt tot de weg ophoudt en dan gaan we verder met een uit een boomstam geholde boot over een kolkende rivier. Uiteindelijk willen we naar Jaw-Jaw, een dorpje in de jungle. Er schijnen wel nogal wat piranha's, vogelspinnen en slangen te zitten, dus we zijn erg benieuwd. We hebben er in ieder geval veel zin in!
zondag 11 mei 2008
De tijd vliegt nog steeds
Het is ongelooflijk hoe snel mensen geneigd zijn om over andere (groepen) mensen in stereotypen te denken. Dat gebeurt vandaag de dag volop, maar vroeger was het niet anders. Mensen in Suriname, waar verschillende bevolkingsgroepen naast (of langs) elkaar leefden, hadden er ook een handje van. Alle bevolkingsgroepen kregen door alle andere bevolkingsgroepen hun eigen etiket. Zo zouden de Hindostaanse contractarbeiders gierig en gewelddadig zijn geweest, de Javaanse contractanten gewillig, maar geneigd om al hun verdiende geld te verbrassen.
Veel van dit soort typeringen zijn vandaag de dag nog springlevend in Suriname en terugkijkend met behulp van het archief is het soms lastig om je van dit soort stereotypische vooroordelen te ontdoen. Toch is het een interessante bezigheid om te achterhalen waar dit soort stereotypen vandaan komen en natuurlijk wat er van waar is. Dat is dan ook één van de punten van mijn onderzoek.
Het vele archiefwerk werpt inmiddels steeds meer vruchten af. Dat mag ook wel, want ik heb zelfs al twee zaterdagochtenden achter elkaar in het Nationaal Archief Suriname gezeten. Daarnaast breng ik er doordeweeks natuurlijk aardig wat uurtjes door. Dankzij mijn laptop kan ik alle archiefstukken redelijk snel verwerken. Maar afgelopen week ben ik me in het archief toch wel behoorlijk geschrokken!
Ik kwam aan in het archief, zette zoals ik gewoon ben mijn laptop klaar en drukte op het power-knopje. De eerste drie seconden waren nog normaal, maar toen werd het beeld zwart.
'DISC ERROR'
Er was iets mis met de harde schijf van mijn laptop! En dat terwijl ik dat apparaat hier hard nodig heb! Ik zag mijn archiefwerk al in duigen vallen! Gelukkig had ik wel back-ups gemaakt van alles wat ik tot dusver had. Ik gaf niet direct op... een paar keer opnieuw opstarten en wat rommelen op de plaats waar ik wist dat de harde schijf zat hadden geen resultaat. Uiteindelijk heb ik met twee sleutels de harde schijf uit de laptop gehaald en weer stevig teruggeplaatst en wat een opluchting: alles werkte weer! Waarschijnlijk was de taxi een beetje te hard over een verkeersdrempel gereden waardoor de harde schijf los was geschoten.
Behalve het archiefwerk heb ik afgelopen week ook weer een interview gedaan, ditmaal in Lelydorp. Er gaat een busje vanuit Paramaribo naar Lelydorp en busjes hier zijn geweldig! Sommige zien er wat gammel uit, de snelheidsmeter werkt vaak niet, maar daar staat tegenover dat er geweldige Caraïbische muziek uit de luidsprekers schalt. Als je eruit wil moet je op de schel (de bel) drukken en dan stopt het busje.
Omdat ik wat te vroeg in Lelydorp was, kocht ik er een krantje en ging in een Surinaams café wat drinken. Uiteraard werd ik daar als bakra (een min of meer negatieve term voor Hollander) al snel gevonden door enkele minder bedeelden die wel wat geld of koffie wilden hebben. Ik knoop soms een praatje met ze aan, maar na een uurtje in het centrumpje van Lelydorp (waar ik ook een lekker portie roti-kip ophad), liep ik alvast richting het huis van degene die ik moest interviewen. Dat bleek nog een fiks eind lopen, minstens een half uur in de brandende zon. Maar uiteindelijk kwam ik er dan, en werd ik er vriendelijk ontvangen. Ik was even vergeten dat het in Suriname gebruikelijk is dat er eten voor je klaarstaat als je aan het begin van de middag bij iemand komt. Dus, hoewel mijn maag nog vol zat, kon ik weer aan de bak. Ik zal er zeker niet over klagen!
De terugweg was ook weer een belevenis. De chef (buschauffeur) zette wel een beetje een dubieus muziekje op (ik meende woorden als 'Nederlanders moordenaars' en 'Den Haag moordmachine' op te vangen), maar het tochtje was weer leuk. In Suriname rijdt men aan de linkerkant van de weg, maar omdat veel auto's uit Nederland of Amerika komen, zit het stuur bij bijna een derde van de auto's aan de verkeerde kant. Het maakt het verkeer er niet veel veiliger op...
Toen ik thuiskwam hadden Annika en Christine weer roti voor me klaarstaan (nog bedankt !) We moesten direct door, want we hadden een verjaardag van ene mevrouw Carlien, die 60 werd. Carlien is de tante van een studente die we hier hebben ontmoet, dat is hier goed genoeg om in aanmerking te komen om een verjaardagsfeest bij te mogen wonen. De dag erna, op 8 mei, zou mijn vader 60 worden, dus dat vierde ik er maar gelijk bij. Carlien had eerst een dankdienst in haar eigen tuin en daarna barstte het feest los, met Surinaamse muziek en.... Surinaams eten (alweer!) Verschillende mensen ontmoet, waaronder een aantal Nederlandse Surinamers met een Amsterdam accent, uit onze hoofdstad dus.
Inmiddels is het weer weekend. Vorig weekend ben ik zaterdag, na de ochtend in het archief, met Christine naar Paramaribo Zoo gegaan. Paramaribo Zoo bevind zich op een van de vele rustieke plekjes in Paramaribo. Hoewel sommige dieren (vooral de apen) in opvallend kleine, saaie kooitjes zaten, was het wel een hele belevenis! Uiteraard deden we ook de speeltuin van Paramaribo Zoo aan, waar zich een geweldig kabelbaantje bevond, hoewel er wel een flinke plas modder onder lag. Nadat ik er op was geroesjt, ging Christine het proberen. Helaas, helaas, ze trok zich niet ver genoeg op en kwam midden in de modderplas terecht. Uiteraard zag ze er nogal... vies uit daarna, maar hilariteit alom. Op de terugweg van Paramaribo Zoo kwamen we nog langs een veld waar een stel Surinamers aan het voetballen waren en werd ik direct uitgenodigd om mee te doen. Misschien dat ik later nog op dat aanbod inga, maar toen was het tijd om weer huiswaarts te gaan.
De zondag erna ben ik weer naar de Tabernacle kerk geweest, waar de dienst wederom bijzonder lang duurde (ditmaal van half 11 tot half 3).
Afgelopen vrijdagavond had Christine een interview met Erwin de Vries, de bekendste kunstenaar van Suriname. Het interview vond plaats in 't Vat, een café-restaurant die min of meer dient als Nederlandse enclave in Paramaribo. Er zijn meestal alleen Nederlanders, en 's avonds komt Erwin de Vries er zeer vaak. Ik liet Christine eerst even haar interview doen, en ging zelf even wandelen. Al snel kwam ik aan de praat met een lokale Javaanse jongen, die me allerlei sterke verhalen wist te vertellen. Onder andere dat het wrak van de Goslar, een Duits schip uit de Tweede Wereldoorlog dat nog steeds midden in de Suriname rivier voor Paramaribo ligt, niet kan worden geborgen, omdat er dan zo'n ontzettende draaikolk zou ontstaan dat de hele rivier leegstroomt.
Na een uurtje ging ook ik naar 't Vat, waar ik zelf ook nog uitgebreid met onder anderen Erwin de Vries heb gesproken. We hadden een interessant gesprek en op een gegeven moment liet hij me voor me uit kijken, pakte zijn schetsboek, en begon een tekening van me te maken. Dus nu heb ik een originele Erwin de Vries tekening, van mij. Deze schilder/beeldhouwer is de meest beroemde van Suriname en heeft onder andere het slavernijmonument in Amsterdam ontworpen. Voor ik naar Suriname kwam was ik kort in Parijs, daar maken kunstenaars ook zulk soort tekeningen in Montmarte, voor tientallen euro's. Maar mijn tekening is van een gerenommeerd kunstenaar, die flink wat geld heeft verdiend met zijn werken.
Gisterenochtend kwam ik in het archief een Nederlandse historicus tegen, die ik in Leiden ook al had gesproken. En vanmorgen kwam onze scriptiebegeleider, dhr. Meel, even kort langs bij ons huis. Hij is gisteren in Suriname aangekomen. Vanavond begint de jaarlijkse conferentie van de Association of Caribbean Historians, dus ik ben benieuwd wat we tegen gaan komen. Als het goed is, hebben we dinsdagavond een receptie in het voormalige gouverneurspaleis, tegenwoordig het presidentieel paleis.
Misschien gaan we ook Balkenende nog zien, die zich dezer dagen ook in Suriname ophoud. Vorige week hebben we hier nog een lezing bijgewoond van Tweede-Kamerlid Van Bommel, die betoogde dat Balkenende namens de Nederlandse regering zijn excuses moet aanbieden voor het slavernijverleden. De Surinamers zelf denken hier zeer verschillend over, maar toch ben ik benieuwd wat Balkenende gaat doen.
Zelf hoop ik op een leuke conferentie. Ik ben vandaag een beetje grieperig (het heerst hier ook). Ik heb vooral zin om de komende tijd nog wat leuk archiefwerk te doen, en nog meer zin om nog een keertje naar het regenwoud te gaan voor ik, over minder dan 2,5 week, weer naar Nederland hoop terug te keren.
Veel van dit soort typeringen zijn vandaag de dag nog springlevend in Suriname en terugkijkend met behulp van het archief is het soms lastig om je van dit soort stereotypische vooroordelen te ontdoen. Toch is het een interessante bezigheid om te achterhalen waar dit soort stereotypen vandaan komen en natuurlijk wat er van waar is. Dat is dan ook één van de punten van mijn onderzoek.
Het vele archiefwerk werpt inmiddels steeds meer vruchten af. Dat mag ook wel, want ik heb zelfs al twee zaterdagochtenden achter elkaar in het Nationaal Archief Suriname gezeten. Daarnaast breng ik er doordeweeks natuurlijk aardig wat uurtjes door. Dankzij mijn laptop kan ik alle archiefstukken redelijk snel verwerken. Maar afgelopen week ben ik me in het archief toch wel behoorlijk geschrokken!
Ik kwam aan in het archief, zette zoals ik gewoon ben mijn laptop klaar en drukte op het power-knopje. De eerste drie seconden waren nog normaal, maar toen werd het beeld zwart.
'DISC ERROR'
Er was iets mis met de harde schijf van mijn laptop! En dat terwijl ik dat apparaat hier hard nodig heb! Ik zag mijn archiefwerk al in duigen vallen! Gelukkig had ik wel back-ups gemaakt van alles wat ik tot dusver had. Ik gaf niet direct op... een paar keer opnieuw opstarten en wat rommelen op de plaats waar ik wist dat de harde schijf zat hadden geen resultaat. Uiteindelijk heb ik met twee sleutels de harde schijf uit de laptop gehaald en weer stevig teruggeplaatst en wat een opluchting: alles werkte weer! Waarschijnlijk was de taxi een beetje te hard over een verkeersdrempel gereden waardoor de harde schijf los was geschoten.
Behalve het archiefwerk heb ik afgelopen week ook weer een interview gedaan, ditmaal in Lelydorp. Er gaat een busje vanuit Paramaribo naar Lelydorp en busjes hier zijn geweldig! Sommige zien er wat gammel uit, de snelheidsmeter werkt vaak niet, maar daar staat tegenover dat er geweldige Caraïbische muziek uit de luidsprekers schalt. Als je eruit wil moet je op de schel (de bel) drukken en dan stopt het busje.
Omdat ik wat te vroeg in Lelydorp was, kocht ik er een krantje en ging in een Surinaams café wat drinken. Uiteraard werd ik daar als bakra (een min of meer negatieve term voor Hollander) al snel gevonden door enkele minder bedeelden die wel wat geld of koffie wilden hebben. Ik knoop soms een praatje met ze aan, maar na een uurtje in het centrumpje van Lelydorp (waar ik ook een lekker portie roti-kip ophad), liep ik alvast richting het huis van degene die ik moest interviewen. Dat bleek nog een fiks eind lopen, minstens een half uur in de brandende zon. Maar uiteindelijk kwam ik er dan, en werd ik er vriendelijk ontvangen. Ik was even vergeten dat het in Suriname gebruikelijk is dat er eten voor je klaarstaat als je aan het begin van de middag bij iemand komt. Dus, hoewel mijn maag nog vol zat, kon ik weer aan de bak. Ik zal er zeker niet over klagen!
De terugweg was ook weer een belevenis. De chef (buschauffeur) zette wel een beetje een dubieus muziekje op (ik meende woorden als 'Nederlanders moordenaars' en 'Den Haag moordmachine' op te vangen), maar het tochtje was weer leuk. In Suriname rijdt men aan de linkerkant van de weg, maar omdat veel auto's uit Nederland of Amerika komen, zit het stuur bij bijna een derde van de auto's aan de verkeerde kant. Het maakt het verkeer er niet veel veiliger op...
Toen ik thuiskwam hadden Annika en Christine weer roti voor me klaarstaan (nog bedankt !) We moesten direct door, want we hadden een verjaardag van ene mevrouw Carlien, die 60 werd. Carlien is de tante van een studente die we hier hebben ontmoet, dat is hier goed genoeg om in aanmerking te komen om een verjaardagsfeest bij te mogen wonen. De dag erna, op 8 mei, zou mijn vader 60 worden, dus dat vierde ik er maar gelijk bij. Carlien had eerst een dankdienst in haar eigen tuin en daarna barstte het feest los, met Surinaamse muziek en.... Surinaams eten (alweer!) Verschillende mensen ontmoet, waaronder een aantal Nederlandse Surinamers met een Amsterdam accent, uit onze hoofdstad dus.
Inmiddels is het weer weekend. Vorig weekend ben ik zaterdag, na de ochtend in het archief, met Christine naar Paramaribo Zoo gegaan. Paramaribo Zoo bevind zich op een van de vele rustieke plekjes in Paramaribo. Hoewel sommige dieren (vooral de apen) in opvallend kleine, saaie kooitjes zaten, was het wel een hele belevenis! Uiteraard deden we ook de speeltuin van Paramaribo Zoo aan, waar zich een geweldig kabelbaantje bevond, hoewel er wel een flinke plas modder onder lag. Nadat ik er op was geroesjt, ging Christine het proberen. Helaas, helaas, ze trok zich niet ver genoeg op en kwam midden in de modderplas terecht. Uiteraard zag ze er nogal... vies uit daarna, maar hilariteit alom. Op de terugweg van Paramaribo Zoo kwamen we nog langs een veld waar een stel Surinamers aan het voetballen waren en werd ik direct uitgenodigd om mee te doen. Misschien dat ik later nog op dat aanbod inga, maar toen was het tijd om weer huiswaarts te gaan.
De zondag erna ben ik weer naar de Tabernacle kerk geweest, waar de dienst wederom bijzonder lang duurde (ditmaal van half 11 tot half 3).
Afgelopen vrijdagavond had Christine een interview met Erwin de Vries, de bekendste kunstenaar van Suriname. Het interview vond plaats in 't Vat, een café-restaurant die min of meer dient als Nederlandse enclave in Paramaribo. Er zijn meestal alleen Nederlanders, en 's avonds komt Erwin de Vries er zeer vaak. Ik liet Christine eerst even haar interview doen, en ging zelf even wandelen. Al snel kwam ik aan de praat met een lokale Javaanse jongen, die me allerlei sterke verhalen wist te vertellen. Onder andere dat het wrak van de Goslar, een Duits schip uit de Tweede Wereldoorlog dat nog steeds midden in de Suriname rivier voor Paramaribo ligt, niet kan worden geborgen, omdat er dan zo'n ontzettende draaikolk zou ontstaan dat de hele rivier leegstroomt.
Na een uurtje ging ook ik naar 't Vat, waar ik zelf ook nog uitgebreid met onder anderen Erwin de Vries heb gesproken. We hadden een interessant gesprek en op een gegeven moment liet hij me voor me uit kijken, pakte zijn schetsboek, en begon een tekening van me te maken. Dus nu heb ik een originele Erwin de Vries tekening, van mij. Deze schilder/beeldhouwer is de meest beroemde van Suriname en heeft onder andere het slavernijmonument in Amsterdam ontworpen. Voor ik naar Suriname kwam was ik kort in Parijs, daar maken kunstenaars ook zulk soort tekeningen in Montmarte, voor tientallen euro's. Maar mijn tekening is van een gerenommeerd kunstenaar, die flink wat geld heeft verdiend met zijn werken.
Gisterenochtend kwam ik in het archief een Nederlandse historicus tegen, die ik in Leiden ook al had gesproken. En vanmorgen kwam onze scriptiebegeleider, dhr. Meel, even kort langs bij ons huis. Hij is gisteren in Suriname aangekomen. Vanavond begint de jaarlijkse conferentie van de Association of Caribbean Historians, dus ik ben benieuwd wat we tegen gaan komen. Als het goed is, hebben we dinsdagavond een receptie in het voormalige gouverneurspaleis, tegenwoordig het presidentieel paleis.
Misschien gaan we ook Balkenende nog zien, die zich dezer dagen ook in Suriname ophoud. Vorige week hebben we hier nog een lezing bijgewoond van Tweede-Kamerlid Van Bommel, die betoogde dat Balkenende namens de Nederlandse regering zijn excuses moet aanbieden voor het slavernijverleden. De Surinamers zelf denken hier zeer verschillend over, maar toch ben ik benieuwd wat Balkenende gaat doen.
Zelf hoop ik op een leuke conferentie. Ik ben vandaag een beetje grieperig (het heerst hier ook). Ik heb vooral zin om de komende tijd nog wat leuk archiefwerk te doen, en nog meer zin om nog een keertje naar het regenwoud te gaan voor ik, over minder dan 2,5 week, weer naar Nederland hoop terug te keren.
Foto's bij: de tijd vliegt nog steeds
De ingang van Paramaribo Zoo.
Een (vogel-)kooi in Paramaribo Zoo (van een zg. blasman).
Een boomstam, ehh krokodil.
Een slome tijger in een kooi.
Paramaribo Zoo.
Eeehm..
De Paramaribo Zoo speeltuin!
Een (geasfalteerde!) weg in Lelydorp (die ik overigens helemaal uit moest lopen).
Het presidentieel paleis in Paramaribo.
Een rustige straat in Paramaribo.
Hervormde kerk, Paramaribo.
Een van de grootste houten kathedralen ter wereld... niet zo stevig gebouwd echter, daarom staat 'ie in de steigers ter renovatie.
Parbo bier > Heineken bier
Gezellig marktje op Spanhoek, Paramaribo.
Voor de cultureel verantwoorde trek...
Het gebouw van de Nationale Assemblee, de Tweede Kamer van Suriname.
Blokker, afdeling Paramaribo.
Straat in Paramaribo.
Een Evangelische Broeder Gemeente kerk.
En dezelfde kerk...
De Maagdenstraat.
Nogmaals de Maagdenstraat (check het busje, dat is hier op openbaar vervoer!)
Straat in Paramaribo.
De Heiligenweg, een standplaats voor busjes.
Fort Zeelandia
Nogmaals Fort Zeelandia, met onze voormalige konining ervoor (die vroeger wel een prominentere plek in Paramaribo had).
Momument voor de gevallen Surinamers tijdens de Tweede Wereldoorlog, met kransen, omdat hier ook dodenherdenking wordt gehouden op 4 mei.
De krans van de Nederlandse ambassade.
Houten huizen aan de Waterkant, Paramaribo.
Abonneren op:
Posts (Atom)